Slim gekozen locaties voor fietsinfra rond ov-haltes
Om de bereikbaarheid van banen met de combinatie fiets en openbaar vervoer te verbeteren zijn investeringen in fietsinfrastructuur nodig. Met een nieuwe aanpak brengt de TU Delft in kaart op welke locaties investeringen in fietsenstallingen en fietspaden het meest effectief zijn. Een casestudie in Amsterdam laat zien dat met investeringen op enkele locaties een groot deel van de mogelijke bereikbaarheidswinst wordt gerealiseerd.
Het verbeteren van de bereikbaarheid van banen is een belangrijk motief voor overheden om te investeren in infrastructuur. De integratie tussen fiets en ov is een veelbelovende benadering om de bereikbaarheid te verbeteren en tegelijk te voldoen aan duurzaamheidsdoelen. Lucas Spierenburg, Hans van Lint en Niels van Oort van de TU Delft gebruikten een nieuwe methode om te bepalen op welke locaties de fietsinfrastructuur het best kan worden aangepakt om de bereikbaarheid te verbeteren. In deze methode wordt rekening gehouden met de afwegingen die forensen maken, bijvoorbeeld om verder te fietsen om een directe ov-verbinding te hebben, of om de hele route naar het werk per fiets af te leggen in plaats van over te stappen op het ov – ook al hebben ze daardoor een langere reistijd.
Onderdelen van de fietsinfrastructuur die van belang zijn voor soepel multimodaal reizen zijn goede fietsenstallingen – cycle-and-ride – en fietspaden tussen herkomst en ov-halte en tussen ov-halte en bestemming. Uit een casestudie voor Amsterdam blijkt dat multimodaal reizen vooral lonend is voor mensen die wonen of werken in een van de buitenwijken van de stad, wat verder weg gelegen van de metrostations. In het centrum is er weinig bereikbaarheidswinst bij metrostations, dit komt mogelijk door de lage fietssnelheid vanwege het uitgebreide voetgangersgebied.
Fietsparkeren bij metrostations draagt het meest bij aan de toename van de bereikbaarheid, gevolgd door parkeren bij tramhaltes. Ook fietspaden tussen metrostations en wijken met een hoge dichtheid van wonen of werken dragen het meest bij aan de bereikbaarheid.
Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat met investeringen in de fietsinfra op enkele slim gekozen locaties een groot deel van de mogelijke bereikbaarheidswinst te bepalen is: 40 procent van de bereikbaarheidswinst kwam in de casestudie door 6 procent van de cycle-and-ride locaties en 12 procent van de totale lengte van mogelijke fietspaden.
Figuur: Bijdrage van fietsinfrastructuur rond ov-haltes aan de totale bereikbaarheidsverbetering door combinatie fiets en ov (Bron: Spierenburg et. al, 2024)
De resultaten van het onderzoek zijn begin april gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Journal of Transport Geography.
De oorspronkelijke versie van dit artikel is te lezen op fietsberaad.nl